Europese Spin van het Jaar 2014
Driehoekbaldakijnspin – Linyphia triangularis (Clerck 1757)
Als ‘Spin van het Jaar 2014’ is Linyphia triangularis gekozen, de Driehoeksbaldakijnspin. Ons land kent vele, vaak erg kleine soorten baldakijnspinnen. In heel Europa wordt het onderzoek aan deze Spin van het jaar 2014 extra gestimuleerd. EIS-Nederland verzamelt dit jaar zoveel mogelijk waarnemingen van deze spinnensoort in Nederland.
De Driehoeksbaldakijnspin Linyphia triangularis is uitgekozen als Spin van het Jaar 2014. Ze wordt ook wel Herfstspin en Herfsthangmatspin genoemd. De Driehoeksbaldakijnspin is een zeer algemene soort uit de familie van de Baldakijnspinnen (Linyphiidae). Dit is de grootste spinnenfamilie in ons land, waartoe ongeveer een derde van de uit Nederland bekende soorten behoort. Veel soorten uit deze familie zijn erg klein, maar een volwassen Driehoeksbaldakijnspin behoort tot de grotere soorten en is daardoor gemakkelijk te vinden.
Baldakijnspinnen zijn webbouwende spinnen die ondersteboven onder hun baldakijnweb hangen, kaken en buikzijde naar boven, rugzijde omlaag. Boven het web zitten meestal spandraden waar insecten tegenaan vliegen, naar beneden vallen en op het web terecht komen, waar de spin ze door het web heen bijt en onder het web trekt. De Driehoeksbaldakijnspin bouwt zijn web in struiken en op boomtakken op uiteenlopende terreinen. Op heideterreinen is hij algemeen op struikheide te vinden en ook op de vliegdennen en andere bomen en struiken. Hij komt ook in tuinen voor in hogere planten, op struiken en in heggen. De soort is door het gehele land te vinden op dit soort vegetaties, die de juiste structuur bieden voor het ophangen van zijn web
Een volwassen Driehoeksbaldakijnspin meet ongeveer 6 mm, met de poten meegerekend ongeveer 10 mm. Het is een beigekleurige spin met aan de rugzijde van het achterlijf een bruinige bladfiguur die door wit omzoomd is. De zijkant van het achterlijf is in het midden donker gekleurd, terwijl dat donkere veld aan drie zijden door wit is omzoomd, waardoor een min of meer driehoekige figuur wordt gevormd, vandaar de naam van deze soort. Andere bruikbare kenmerken zijn de witte boog rond een zwart veld boven de spintepels aan de achterlijfspunt. Van achteren gezien is de soort daaraan direct te herkennen. Een donkere gaffelvormige tekening met twee parallele, naar voren wijzende uitlopers midden op het kopborststuk ivormt nog een extra hulpmiddel.
Bij de mannetjes is de tekening van kopborststuk en achterlijf in de jongere stadia nog wel te herkennen, maar als zij na de laatste vervelling volwassen zijn geworden is het achterlijf meer cylindervormig en van de rugtekening en witte banden is niet veel meer terug te vinden. Bovendien hebben volwassen mannetjes opvallend grote, uiteen wijkende kaken.
Volwassen mannetjes en wijfjes kan men onder hun webben zien hangen in de late zomer en herfst, van eind juli tot end oktober, vrouwtjes soms nog later. Volwassen mannetjes zoeken de vrouwtjes op in hun web en verblijven daar enige tijd.
De bedoeling is dat in 2014 de verspreiding in ons land en in heel Europa nauwkeuriger in kaart wordt gebracht. Bovendien willen we dit jaar ook extra kennis over de biologie van de soort verzamelen. Gevraagd wordt waarnemingen en bijzonderheden van deze soort door te geven aan Peter van Helsdingen, EIS-Nederland, Postbus 9517, 2300 RA Leiden (peter.vanhelsdingennaturalis.nl). U kunt via die weg ook een digitaal invulformulier opvragen om waarnemingen over de biologie van de soort te kunnen doorgeven. Wij willen graag weten wanneer de soort in ons land volwassen wordt, tot wanneer de mannetjes nog worden gezien en de positie van het web in de vegetatie.
In 2015 zullen de resultaten worden gepubliceerd.
De keuze van de Spin van het Jaar komt democratisch tot stand via voorstellen uit alle Europese landen, waarna een commissie hieruit vijf soorten selecteert, waaruit per land een soort wordt gekozen. Het is een jaarlijks terugkerend project van de ESA, de European Society of Arachnology. Een belangrijk criterium voor de ‘Spin van het jaar’ is dat de soort in alle landen van Europa moet voorkomen, omdat anders immers sommige landen uitgesloten zouden worden. Het doel van het project is om ieder jaar het onderzoek aan één spinnensoort te stimuleren en voor heel Europa nieuwe gegevens te verzamelen, over verspreiding, maar ook over de biologie van de soort. Op die manier wordt ook aandacht gevraagd voor spinnen in het algemeen.
Contact Nederland
Peter van Helsdingen, EIS-Nederland, Postbus 9517, 2300 RA Leiden
peter.vanhelsdingen(a)naturalis.nl